Politieke wensregels en de pensioen werkelijkheid
Onlangs ontving ik een bericht van ABP dat mijn pensioen voor
het eerst sinds 2008 met 2,39% wordt verhoogd. Eindelijk zullen
veel ABP-deelnemers hebben gedacht. Ze hebben lang moeten wachten
op deze onverwachte indexatie. De Europese Centrale Bank (ECB) en
De Nederlandsche Bank (DNB) hebben met hun gevoerde economisch
beleid, van de afgelopen jaren, ervoor gezorgd dat indexatie schier
onmogelijk was door o.a. de rente kunstmatig laag te houden. Zelfs
toen de inflatie begon op te lopen bleef de ECB tegen beter weten
in volhouden dat de stijging van de inflatie maar tijdelijk zou
zijn en hebben zo een eerdere mogelijkheid tot indexatie
tegengehouden. Door de huidige extreem hoge inflatie zijn zij
echter genoodzaakt, met veel tegenzin, het 'gratis geldbeleid' aan
te passen. Zoals ik al schreef niet van harte: daar waar in Amerika
de rente sterk stijgt om de inflatie te beteugelen wordt in de
eurozone vooralsnog de rem op een sterke rentestijging gehouden om
te voorkomen dat Zuid Europese landen in financiële problemen
komen.
Een gegeven paard moet je niet in de bek kijken maar het is
als je naar het behaalde rendement van dit jaar kijkt vreemd dat
ABP nu indexeert. De afgelopen maanden zijn er vanwege het slechte
beursklimaat miljarden verdampt. Maar liefst 45 miljard euro is in
rook opgegaan. Dit laatste bevestigt nog maar eens dat de door DNB
opgelegde spelregels gebaseerd zijn op Haagse politieke wensregels
en niet op de daadwerkelijke economie. Ondanks het jarenlange
gemiddelde rendement van ruim 7% mocht er niet worden geïndexeerd
vanwege de alles bepalende 'politieke' rekenrente. Hier is een
einde aan gekomen.
Door de stijging van de rekenrente is de dekkingsgraad
eveneens aanzienlijk gestegen. Op 31 mei was de dekkingsgraad
125,1% en de beleidsdekkingsgraad, het gemiddelde van de afgelopen
12 maanden, 110,2%. Nu de (politieke) rekensom op papier klopt mag
er eindelijk worden geïndexeerd. En terecht want er zit geld
genoeg in de ABP-kas.
Naast het voldoen aan de papieren werkelijkheid heeft ABP tevens
de intentie uitgesproken om over te stappen naar het Nieuwe
PensioenContract (NPC). Dit laatste was een extra politieke stok
achter de deur als een pensioenfonds wil indexeren. Echter, door de
snel stijgende beleidsdekkingsgraad bij ABP is dit geen vereiste
meer.
De politieke gijzeling dat er alleen kan worden geïndexeerd als men een intentieverklaring afgeeft is dus van de baan. Dit wil niet zeggen dat de NPC-trein niet doordendert. ABP heeft aangegeven dat zij het NPC per 01-01-2026 wenst in te voeren. De CMHF heeft hier nog bedenkingen bij. Zij heeft richting het ABP-bestuur aangegeven dat zij kunnen leven met de intentieverklaring maar dat wat de CMHF betreft dit niet inhoudt dat zij akkoord zijn met de invoering. Gezien de vele onduidelijkheden rondom het NPC zijn wij er nog niet van overtuigd dat het een beter systeem gaat worden dan het huidige pensioensysteem. Voor onze pensioendeskundigen houdt dit in dat zij een drukke periode voor de boeg hebben. Zij blijven voor ons de komende periode de plannen bestuderen om te bezien wat de gevolgen voor eenieder zijn en of deze aanpassingen behoeven. Dus vooralsnog geldt voor de CMHF voor wat betreft het NPC: gooi je schoenen niet weg voordat je (betere) nieuwe hebt.
Marc de Natris, voorzitter CMHF