Onafhankelijke koepel van 43 beroepsverenigingen uit acht sectoren met circa 62.000 leden.
Aangesloten bij de Vakcentrale voor Professionals.

15 januari 2019

Een plek onder de zon

Zodra ik als jong ambtenaar bij Verkeer en Waterstaat een vaste aanstelling had gekregen, kocht ik een eenvoudig flatje in Mariahoeve. Indertijd was dat vanzelfsprekend, zeker voor wie is geboren en getogen in een Gelders provinciestadje. Zoals René Froger zong: een eigen huis, een plek onder de zon. Maar bestaat die plek nog anno 2019? Meer in het algemeen, welke zekerheid biedt een eigen huis?


In mijn vrije tijd liefhebber ik wat in het sociaal domein. Laat ik de onzekerheden rond het eigen huis eens illustreren aan de hand van mijn advieswerk in bijstandszaken. Laatst zag ik het dossier van een voormalig directeur van een filiaal van een supermarktketen. Deze eind-veertiger woonde in een huis met een WOZ-waarde van 4 ton en een hypotheek van 160K. Na afloop van de WW was hij in 2018 in de bijstand terecht gekomen. Zijn echtgenote had het ook niet lang meer bij hem uitgehouden. U raadt het al, deze niet benijdenswaardige ex-middenstander moest zijn huis opeten. In dit geval was de overwaarde van het huis 400K min 160K is 240K. Het vermogen dat in het huis is gebonden, is vrijgelaten (in 2019) tot de grens van € 51.600. Overwaarde min vrijlating wordt dan € 188.400. Dit bedrag staat het recht op uitkering niet in de weg, maar heeft wel gevolg voor de vorm van bijstand. Tot dit bedrag (het verschil tussen overwaarde en vrijlating) is bereikt, verleent de gemeente bijstand naar de norm voor alleenstaanden (begin 2019: € 1025,55 per maand, hier dus ongeveer vijftien jaar lang) in de vorm van een lening en pas daarna, in dit geval als hij tegen de zestig loopt, om niet. De technische details van de preferente krediethypotheek die bij deze leenbijstand hoort, zal ik u besparen. Waar het mij hier om gaat, is dat de verstrekte leenbijstand moet worden terugbetaald als het huis wordt verkocht of de uitkering stopt.


Ik ben geen man van getallen, maar heb in de loop der jaren toch een zekere gevoeligheid ontwikkeld voor de uitgangspunten van rekenmodellen en de uitkomst van berekeningen. Een actuaris heeft mij laatst voorgerekend dat een ziektekostenverzekering eigenlijk helemaal niet nodig is voor de middengroepen. Wie gezond is, zou best nog zelf die duizenden euro's per jaar voor het hele gezin kunnen fourneren. De feitelijke ziektekosten schijnen gemiddeld zelfs minder te zijn dan de verplichte jaarlijkse premie. Alleen in de laatste drie levensjaren zou de zorg problematisch worden. Keren we weer terug naar het sociaal domein. Solidariteit met zieken en zwakkeren is inderdaad een groot maatschappelijk goed. En het is terecht dat individuele risico's worden gespreid en lasten naar draagkracht worden verdeeld over de gehele bevolking. Maar dat heeft wel gevolgen voor de oude dag. In de laatste levensjaren is permanent toezicht of 24-uurs zorg geen uitzondering. In plaats van de AWBZ is sinds enkele jaren de Wet langdurige zorg gekomen. Wist u dat de eigen bijdrage van de Wlz per maand, afhankelijk van uw inkomen en vermogen, kan oplopen (in 2019) tot € 2.364,80 per maand? Om u een idee te geven kunt u de rekenhulp van het CAK invullen voor het modale inkomen (in 2017: € 37.000) en een WOZ-waarde van 400K. Afhankelijk van nog enkele andere persoonlijke omstandigheden komt u dan al gauw uit op een eigen bijdrage van ongeveer € 2.300 per maand. Voor zover ik weet is er geen verzekering die een dergelijke eigen bijdrage dekt.


We gaan terug naar die plek van René Froger. Uw bescheiden twee-onder-een-kap woning is niet meer toekomstbestendig. In het debat over de herziening van ons pensioenstelsel wordt telkens gezinspeeld op de rol van de derde pijler, anders gezegd: het eigen vermogen als oudedagsvoorziening naast AOW en aanvullend ABP-pensioen. En dan zwijg ik nog maar over de klimaattafel. Ook daar wordt wel erg gemakkelijk gepraat over verplichtstelling van investeringen in de vergroening van het eigen huis. Laat u niet in de luren leggen. Het eigen huis staat niet meer garant voor mooie plek in de zon. En dan hebben we het nog niet over de millenials gehad. Zij komen niet eens aan een eigen huis toe. Zij hoppen van het ene tijdelijke arbeidscontract (of opdracht) van maximaal twee jaar naar het andere en kunnen zich niet meer permitteren dan het huren van een minuscuul studiootje in de binnenstad.


Moet u nu een geel hesje aandoen? Daartoe oproepen is niet mijn stijl. Ik neig meer naar het Haaglandse overlegmodel. Ook wil ik u niet aanzetten tot fraude. Eén ding baart mij ernstig zorgen. De zekerheid die een eigen huis kan bieden, is uitgehold en wordt zwaar overschat. Al enkele decennia lang maakt de sociale en fiscale wetgeving het de werknemer praktisch onmogelijk een eigen vermogen van betekenis op te bouwen. Dit mag dan wel een politiek gegeven zijn, de praktische consequenties ervan voor de herziening van het pensioenstelsel en de klimaatdiscussie worden verwaarloosd in het publieke debat. Het eigen huis is voor de middengroepen geen appeltje voor de dorst meer, maar slechts een schijnzekerheid. Stop met het afwentelen van lasten op deze bezitters van een eigen huis.

Irawan Sewandono

Bestuurslid CMHF en Vakbond voor de Wetenschap VAWO








Blogcategorie

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief

Bekijk de laatste nieuwsbrief
Deel deze pagina: